Onderzoek Optimale bereikbaarheid. Betaalbare ruimte voor start-ups. Een transparante plint die de innovatieve bedrijvigheid zichtbaar maakt. Met zitplekken en tafels in buitenruimten voor ontmoeting en uitwisseling. En met prikkels voor lunchen buiten het eigen kantoor, bedrijfsevents bij kennisinstellingen, innovatiefestivals en openbare lezingen. Op basis van onder meer een eigen survey met tweehonderd respondenten rond het Haagse Central Innovation District (CID), zijn dat (ruimtelijke) voorwaarden die bepalend zijn voor het succes van een innovatiedistrict zoals dat nu ook in andere grote Nederlandse steden in de steigers staat.
In
opkomst
Het ontwikkelen van zogenoemde urban innovation districts (UID’s) is in
opkomst. De totstandkoming van innovatie verplaatst zich van monofunctionele
bedrijvenparken buiten de stad naar een gemixte binnenstedelijke omgeving van
wonen, werken en ontmoeten met een optimale bereikbaarheid per ov. Bekende
voorbeelden zijn Kendall Square in Cambridge (USA) en de wijk 22@ in Barcelona.
Geïnspireerd door het succes elders werken steden als Amsterdam, Rotterdam en
Den Haag ook aan zo’n binnenstedelijk innovatiedistrict.
Pregnante
vraag
De pregnante vraag voor bijvoorbeeld Den Haag
is hoe je van een bestaand woon- en werkgebied een aantrekkelijk
innovatiemilieu maakt. Deels komt dat volgens innovatie-experts Bruce Katz en
Julie Wagner neer op het voortbouwen op de reeds aanwezige kenniseconomie (economic assets) en samenbrengen van de
juiste partijen (network assets). Maar
ook de ruimtelijke condities voor innovatie (physical assets) zijn van groot belang willen bedrijven en
instellingen zich in een innovatiedistrict vestigen en tot nieuwe innovaties
komen.
Onderscheidend
profiel
Bij innovatiedistricten wordt vaak gedacht aan
de IT sector, High Tech, financiële dienstverlening of design. Maar wat is de
innovatieve bedrijvigheid in overheidsstad Den Haag? Bovendien staat werken bij
de overheid in de stad door bezuinigingen en digitalisering onder druk, vooral aan
de onderkant en in het middensegment van de arbeidsmarkt. Daarom zoekt de gemeente
naar een profiel dat aansluit bij waar de stad nog meer goed in is en dat nieuwe
economische groei en banen oplevert. Twee clusters staan daarbij in de
spotlights: ‘vrede en recht’ en ‘cyber security’.
‘Figuur 1: Deelgebieden in het Central Innovation District’
Figuur 1: Deelgebieden in het Central Innovation District
Driehoek
Het driehoekige gebied dat Den Haag heeft
bestempeld als innovatiedistrict ligt tussen de stations Centraal (CS), Holland
Spoor (HS) en Laan van NOI. De driehoek (zie figuur 1) is een verzameling van
deelgebieden. Het omvat een deel van de Binckhorst, met industrie, MKB’s en
start-ups, maar ook het Beatrixkwartier, met zijn overheidsgebouwen en
multinationals. Rond CS bevinden zich de governance-opleidingen van de
Universiteit Leiden. Naast HS ligt de Haagse Hogeschool en bij station Laan van
NOI staat een bedrijfsverzamelgebouw voor ondernemers binnen het cyber security
cluster. En midden in het gebied bevinden zich de bedrijfsverzamelgebouwen New
World Campus en Bink36. Maar het CID is nog in wording. Voor de sturende
actoren is het nog een vraag waar innovators
in dit werkgebied precies behoefte aan hebben.
Vier categorieën
Op basis van ruimtelijk-economische theorieën
en lessen van succesvolle innovatiedistricten elders formuleerden wij een aantal
fysieke voorwaarden verdeeld over vier categorieën: Infrastructuur, Functies
& Voorzieningen, Place & Building Design en Imago & Branding.
Voorbeelden van condities zijn respectievelijk een optimale bereikbaarheid per
openbaar vervoer, toegankelijke plekken voor ontmoeting, uitwisseling en
evenementen, een transparante plint en geografische herkenningspunten van het
gebied.
Case
study
Om te bepalen in hoeverre het CID al voldoet aan de geformuleerde
voorwaarden, hielden wij een survey onder de aanwezige kennisinstellingen en
bedrijven, aangevuld met diepte-interviews. Bijna tweehonderd respondenten vulden
de enquête in, met vragen over de fysieke kenmerken van hun deelgebied voor wat
betreft het kennis- en innovatieproces waaraan zij deelnemen. Voor het survey
hebben we een onderscheid gemaakt tussen start-ups, gevestigde MKB’s,
universiteitsmedewerkers en studenten. Circa dertig innovators in de
verschillende deelgebieden zijn ook nog kort geïnterviewd tijdens de International
Placemaking Week Conference.
‘Afbeelding: Op 11 oktober vond de International Placemaking Week Conference plaats in Den Haag met oa een keynote van Julie Wagner (Brookings) en workshops met placemakers en innovators’
Afbeelding: Op 11 oktober vond de International Placemaking Week Conference plaats in Den Haag met oa een keynote van Julie Wagner (Brookings) en workshops met placemakers en innovators
Verschillen
per deelgebied
Er zijn duidelijke verschillen per deelgebied,
sector en gebruikersgroep. Het gebied ten westen van CS is qua infrastructuur
goed ontwikkeld. Gebruikers waarderen de verbinding met de rest van de Randstad
en de walk- en bike-ability in dit gebied. In het Binckhorst CID-deel ligt dit
anders. In het noordelijke deel van dit gebied (Bink36) is het gros ook tevreden
over de verbinding met de Randstad, maar met name in het zuidelijke deel
(Caballero Fabriek) missen MKB’s en start-ups een mix aan stedelijke functies
met voldoende horeca.
In het deelgebied New World Campus zijn de gebruikers vooral tevreden over de voorzieningen binnen het gebouw zelf. De omgeving scoort lager. Ook de samenwerking tussen ondernemers in het gebouw kan beter, oordelen gebruikers. Dat het nu nog schort aan interactie, komt voornamelijk door de verschillen in economische focus bij de aanwezige ondernemers.
Afwijkende
behoeften
Belangrijke constatering is dat niet alleen de
deelgebieden van het CID verschillend scoren, maar dat gebruikersgroepen ook
afwijkende behoeften hebben. Ons survey laat zien dat waar studenten en
universiteitsmedewerkers minder belang hechten aan bereikbaarheid per auto, de
meeste ondernemers dat wel doen. Belangrijk voor start-ups zijn ook betaalbare kantoorruimte en flexibele
huurcontracten. En ondernemers zijn ook gevoeliger voor de uitstraling en
branding van het gebied.
Broedplaatsen
van innovatie
De onderzoeksresultaten onderstrepen het belang
van een gerichte focus op deelgebieden en verschillende gebruikersgroepen. Het CID
is groot in omvang: 40 minuten lopen van de ene naar de andere kant. Die schaal
wordt door veel ondernemers niet gebruikt. Hun dagelijkse werk- en
interactieomgeving is veel kleiner. Van een innovatiedistrict waarin
verschillende ‘broedplaatsen van innovatie’ zich op loopafstand van elkaar
bevinden is nog geen sprake.
Gesloten
cultuur
Eén van de uitdagingen van het CID is het beter
zicht- en tastbaar maken van innovatie gerelateerde activiteiten in het gebied.
De transparante plinten aan de Turfmarkt worden gezien als een eerste stap in
de juiste richting, met als voorbeeld het faculteitsgebouw Wijnhaven van de
Universiteit Leiden, met zijn zichtbare en publiek toegankelijke koffiecorner
en zijn Spaanse Trap. Meer transparantie organiseren is op sommige andere plekken
nog ingewikkeld vanwege de gesloten cultuur van het cyber security cluster.
Nuttige
tips
De publieke ruimte kan meer ingezet worden voor
het ontwikkelen en delen van kennis en voor de ontplooiing van het district als
geheel. Met bijvoorbeeld gratis wifi en zitplekken en tafels in de
buitenruimte. De openbare ruimte vraagt ook om programmering. Respondenten geven
daarvoor nuttige tips: ‘Organiseer innovatiefestivals’, ‘bevorder lunchen
buiten het eigen kantoor’, ‘biedt bedrijven voor events ruimte in universiteitsgebouwen
aan en nodig universiteitsmedewerkers uit’, ‘zorg voor openbare lezingen, zoals
bij Speakers Corner in Hyde Park’.
Aanbevelingen
Wat zijn dus de aanbevelingen voor het CID in
de Hofstad en voor andere innovatiedistricten in ontwikkeling?
1) Investeer in de ruimtelijke condities voor innovatie. Aantrekkelijke publieke ruimte, meer transparante plinten en gedeelde open toegankelijke horeca en zaalverhuur kunnen innovatie stimuleren. Signs & banners kunnen de branding van CID merk vergroten, zoals ook de programmering van evenementen.
2) Schep meer private betrokkenheid bij planontwikkeling, sturing en branding van het innovatiedistrict. Het CID is nu nog vooral een zaak van de gemeente. Van belang is dat ondernemers een grotere rol gaan spelen als ambassadeurs van het gebied.
3) Ontwikkel een strategie voor sociale inclusiviteit en betaalbare huisvesting. Zodat bewoners in het gebied ook profiteren en de stad voor jonge innovators toegankelijk blijft. Den Haag moet 25.000 extra woningen realiseren voor 2040. De vraag is hoe die woningopgave gekoppeld kan worden aan een toegankelijke kenniseconomie.
4)
Meer onderzoek is nodig naar de
mechanismen van innovatie binnen de economische sectoren van Den Haag en de
manier waarop zij van de plekken gebruik maken. De fysieke omgeving op zichzelf
biedt geen garantie tot innovatiesucces. Maar als aan de juiste ruimtelijke
condities wordt voldaan is de plek daarvoor wel de aanjager.
Het afgelopen jaar organiseerde de professional Master City Developer (MCD) meerdere activiteiten en studie-opdrachten rond het CID als voorbeeld van binnensteden in transitie. Begin 2017 een Great Books avond over ‘The Rise of Innovation Districts’ en in de MCD module Urban Governance werd onderzocht hoe het CID en het netwerk van actoren als aanjager kunnen dienen voor de stadsregionale ontwikkeling. Eind 2017 werd in de module Urban Resilience nader gekeken hoe het CID aan een veerkrachtige en inclusieve stad kan bijdragen. Meer informatie, zie: www.mastercitydeveloper.nl
Dit item verscheen eerder in de publicatie Gebiedsontwikkeling 2GO - Wintereditie 2018
Coverfoto: Luchtfoto van Kendall Square net voor de grote herontwikkelingsplannen van begin 2016 (fotograaf: Nick Allen, CC BY-SA 4.0)
Cover: ‘ks’