2013.09.17_The tradition of making polder cities_400

The tradition of making: Polder Cities

30 oktober 2011

2 minuten

Onderzoek Op 18 oktober 2011 promoveerde Drs. F.L. Hooimeijer met haar thesis ‘The tradition of making: Polder Cities’. Fransje Hooimeijer verrichtte haar onderzoek bij de leerstoel Urban Compositions van de faculteit Bouwkunde TU Delft.

Een van de gevolgen van wereldwijde klimaatverandering is grotere en frequentere regenval. De Nederlandse poldersteden kampen daarom steeds vaker met wateroverlast. De bestaande stedelijke watersystemen zijn niet ingericht op deze enorme verandering in het hydrologische systeem.

Wat is eigenlijk de traditie van het bouwen van steden op natte en slappe gronden? Tot nu toe was er geen systematisch onderzoek gedaan naar de invloed van het bewerken van natte en slappe gronden voor stedelijke ontwikkeling en welke uitwerking dat heeft op de stedelijke vorm. Hooimeijer vult met haar thesis deze lacune nu voor de opgave in de polder op. Tevens doet haar thesis handreikingen voor toekomstige ontwikkelingen van watersystemen in stedelijke context.

In ‘The tradition of making: polder cities’ onderzoekt Hooimeijer voor zeven tijdsperiodes de samenhang tussen het landschap, de beschikbare techniek en de vorm van verstedelijking. Aan de hand van deze periodes wordt duidelijk dat tot aan de Industriële Revolutie het “maken” de basis was voor "vorm". Sinds geavanceerde techniek feitelijk ‘alles’ mogelijk maakt, is vorm steeds vaker uitgangspunt geworden en volledig losgekoppeld van het doel en het natuurlijke systeem van het landschap. Vooral de methode om grond bouwrijp te maken is zeer bepalend in de relatie tussen het stedenbouwkundige ontwerp en het onderliggende landschap en hydrologisch systeem.

Dr. Fransje Hooimeijer is kunst- en cultuurwetenschapper en werkte tussen 1997 en 2009 in het onderzoeksveld van architectuur, stedenbouw en landschapsarchitectuur. Naast verschillende publicaties (zoals Het Waterproject en Maakbaar Landschap) en tentoonstellingen (zoals Het Stadion en Dutchtowns in het NAi) deed zij onderzoeken voor overheden en bedrijven. Tussen 2009 en 2013 werkte zij (parttime) bij TNO in de expertisegroep Ruimte en Innovatie met als belangrijkste onderwerp het verbinden van de technische met de ruimtelijke werelden. Sinds 2003 is zij werkzaam aan de TU Delft, Faculteit Bouwkunde, Vakgroep Stedenbouw en was zij verantwoordelijk voor de publicaties De Atlas van de Nederlandse waterstad, More Urban Water en Urban Water in Japan. In 2011 verdedigde ze haar proefschrift The tradition of Making: Polder Cities dat de link legt tussen technische informatie en het stedenbouwkundig ontwerp. Deze voor de hedendaagse stad belangrijke verbinding exploreert zij verder in een Europees project dat de bodem onder de loep neemt en is aan de orde in twee van haar vakken is het masteronderwijs: Sustainable Engineering of Territory en Aquaterra urban Design. Daarnaast is zij coördinator van de Master Track Urbanism.


Cover: ‘2013.09.17_The tradition of making polder cities_400’



Meest recent

Kantoren rondom tuin in Warschau, Polen door Grand Warszawski (bron: Shutterstock)

Hittestress en de Europese stad: maak meer gebruik van innovatie en co-creatie

In Europese steden wordt veel te weinig gedaan om hittestress te beperken. Dat concludeert adviesbureau Sweco. De onderzoekers bevelen aan de nadelige effecten van hitte in steden te verzachten door onder meer innovatie en co-creatie.

Onderzoek

15 juli 2024

Typische Nederlandse polder door Wut_Moppie (bron: shutterstock)

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied, deze bouwstenen helpen op weg

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied is kansrijk maar dan moet er wel aan verschillende randvoorwaarden worden voldaan. Marijn van Asseldonk van Het PON & Telos zet er zes op een rij.

Analyse

15 juli 2024

Eerste woning in Sidhadorp, Lelystad door Rob Bogaerts / Anefo (bron: Wikimedia Commons)

Van de groeikernen via Vinex naar de Novex, Michelle Provoost zoekt naar lessen

Vinex blijft de gemoederen bezig houden, nu ook in een historisch perspectief en een vergelijking met de groeikernen. INTI-directeur Michelle Provoost pleitte in de PBL-Academielezing voor meer continuïteit in beleid.

Verslag

12 juli 2024