kantoren bouw

Toekomst kantorenmarkt: voldoende vierkante meters beschikbaar, maar nieuwbouw blijft nodig

15 maart 2017

2 minuten

De huidige kantorenvoorraad biedt – in puur kwantitatieve zin - genoeg ruimte voor de kantoorbehoefte in 2030 en 2050. Dat geldt zowel bij een stijging als daling van de toekomstige kantoorbehoefte. Toch zal nieuwbouw van kantoren nodig blijven, concluderen het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en Centraal Planbureau (CPB) in de beleidsstudie ‘De toekomst van kantoren’.

pbl kantoren

‘pbl kantoren’


Economische groei als bepalende factor

Of de kantoorbehoefte zal toe- of afnemen is afhankelijk van de economische groei, sectorale ontwikkelingen, het aandeel kantoorbanen en het aantal vierkante meters kantoor per baan. De beleidsstudie ‘De toekomst van kantoren’ heeft gebruik gemaakt van de scenariostudie Welvaart en Leefomgeving (WLO) die het CPB en het PBL eind 2015 hebben uitgebracht.

Wanneer uitgegaan wordt van een scenario met een sterke economische groei, bedraagt de kantoorbehoefte in 2050 ongeveer 48 miljoen vierkante meter. Dat is 95 procent van de omvang van de huidige kantorenvoorraad. Dat hoge scenario gaat gepaard met een terugkeer van het aandeel kantoorbanen naar pre-recessieniveau en een lichte daling van het aantal kantoormeters per baan in 2050.

In het lage groeiscenario daalt het totale aantal banen én het aandeel kantoorbanen, door minder groei in de zakelijke dienstverlening. Hierdoor daalt de kantoorbehoefte naar een oppervlak van minder dan 30 miljoen vierkante meter. In 2030 komt dat neer op 67 procent van de huidige voorraad, en in 2050 op 54 procent.

Regionale verschillen

Het aantal benodigde vierkante meters kantoorruimte verschilt per provincie en regio. Maar wanneer gekeken wordt naar de toekomstige kantoorbehoefte ten opzichte van de huidige voorraad, dan zijn die regionale verschillen beperkt. In het hoge groeiscenario zouden, bij een gelijkblijvende kantorenvoorraad en rekening houdend met een frictieleegstand van 5 procent, (in 2050) tekorten kunnen optreden in de provincies Flevoland, Zuid-Holland, Utrecht en Noord-Holland.

Nieuwbouw blijft nodig

Nieuwbouw van kantoren zal nodig blijven, omdat bestaande kantoorgebouwen en kantoorlocaties verouderen en incourant raken. Dit geldt zowel in het hoge als in het lage economische scenario. Nieuwbouw hoeft niet altijd op dezelfde plek, maar kan ook elders, bijvoorbeeld op een aantrekkelijkere locatie. Met name goed bereikbare locaties met een groot en divers voorzieningenaanbod in de nabijheid lijken potentie te hebben. Provincies kunnen hier een belangrijke rol spelen, omdat zij in staat zijn bovenlokale keuzes te maken en het juridische instrumentarium ter beschikking hebben om die vervolgens af te dwingen.


Bron: Pbl.nl

Cover: ‘kantoren bouw’



Meest recent

Peter Pelzer door Faculteit Bouwkunde TU Delft (bron: Faculteit Bouwkunde TU Delft)

“We moeten de lange termijn meer gaan voelen in gebiedsontwikkeling”

Peter Pelzer is sinds 1 januari hoogleraar aan de TU Delft en werkte aan een geactualiseerde versie van zijn stadsessay Verantwoordelijk voor de toekomst, waarin hij op zoek gaat naar een planologie voor de lange termijn.

Interview

21 januari 2025

De L-flat in Zeist door Patrick Verhoef (bron: shutterstock)

Wijkaanpakken in middelgrote gemeenten, drie praktijkvoorbeelden

Onderzoekers van Platform31 destilleren uit drie praktijkvoorbeelden een aantal lessen die volgens hen relevant zijn voor middelgrote Nederlandse gemeenten die aan de slag willen met een brede wijkaanpak.

Onderzoek

20 januari 2025

Huis onder constructie door Fokke Baarssen (bron: Shutterstock)

Friso de Zeeuw over zijn rol als voorzitter van adviesgroep STOER

Het programma STOER moet ervoor zorgen dat de kabinetsambitie om 100.000 woningen per jaar te bouwen sneller, efficiënter en goedkoper wordt gerealiseerd. Friso de Zeeuw is benoemd tot voorzitter van de adviesgroep van het programma.

Interview

17 januari 2025