Opinie Het aanwijzen van polders om woningen te bouwen is volgens columnist Annius Hoornstra niet effectief en niet de gewenste invulling van Rijksregie. Dit vraagt volgens hem om integrale afwegingen op alle niveaus. “Meer woningen bouwen willen we allemaal, maar het is te simpel om daarvoor locaties te kiezen door dartpijltjes vanuit het Binnenhof op de kaart van Nederland te werpen.”
De interventie van de Tweede Kamer om de bouw van woningen in de polder Rijnenburg bij Utrecht te forceren is een geval van ouderwets spierballenvertoon. Een meerderheid van het parlement wil minister Ollongren dwingen Rijnenburg aan te wijzen als locatie om snel veel huizen te bouwen. Maar is dit hoe regie van het Rijk er uit moet komen zien? En kunnen die woningen er eigenlijk wel zo snel komen? Mijn antwoord is twee keer nee.
Het is heel bijzonder om te zien dat in het huis van Thorbecke, waar de verschillende bestuurslagen ten principale hun eigen bestuurlijke rol en autonomie hebben, het Rijk op een dusdanige manier intervenieert in lokale afwegingen (als de minister de motie uitvoert…). De lokale politiek, zowel op het niveau van de gemeente, regio als de provincie, heeft immers eerder besloten de door het Rijk vastgestelde woningbehoefte anders in te vullen. Is de wens vanuit de Tweede Kamer om bouwlocaties aan te wijzen een vorm van innovatie van beleid die bij deze tijd past, nostalgie naar het centraal aangestuurde VINEX-programma of simpelweg een poging daadkrachtig over te komen?
Hoe het ook zij: één van de belangrijkste argumenten om in te grijpen is dat bouwen in het weiland sneller is: een plak zand erover en bouwen maar! Uit de praktijk weten we ook dat snel bouwen alleen kan als plannen op voldoende draagvlak kunnen rekenen én de infrastructuur op orde is. Laat dit nu net de zaken zijn waar de interventie pijn doet: het draagvlak is ver te zoeken als het Rijk lokale besluiten over het bebouwen van groene ruimte afdwingt. Daarnaast is voor de noodzakelijke ontsluiting van die beoogde duizenden woningen vanuit het MIRT (de rijkspot voor grote infrastructurele investeringen) niet direct geld beschikbaar. En ook als het tóch lukt om dat vrij te maken, wat normaal zomaar 10 jaar duurt (ten koste van andere investeringen in infrastructuur elders in het land) zal het budget ook nog regionaal en lokaal knarsetandend moeten worden aangevuld met een forse bijdrage.
Regie kan ook zijn: een rijksoverheid die afwegingen maakt in de besteding van gelden voor mobiliteit die ruimtelijke opgaven op landelijk niveau ondersteunen, een rijksoverheid die wettelijke randvoorwaarden stelt die tot minder uitstoot van onder andere landbouw en industrie leiden, die duurzaam bouwen tot norm verheft, de economische groeidoelstellingen laat afhangen van de ruimtelijke mogelijkheden en daarvoor financiële voorwaarden stelt. Zie hier het pleidooi voor een coördinerend ministerie dat vooral regie organiseert rond de Haagse Hofvijver. Meer woningen bouwen willen we allemaal, maar het is te simpel om daarvoor locaties te kiezen door dartpijltjes vanuit het Binnenhof op de kaart van Nederland te werpen.
Cover: Robin Duister
Cover: ‘Annius Hoornstra’ (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)