Analyse Een bedrijventerrein vergroenen of 'verblauwen'. Mooi gezegd. Maar hoe pak je dat aan als gemeente, als parkmanagement of als onderneming? Vijf stappen op weg naar een groen-blauwe inrichting. En de casus BIZ Grote Polder laat het goede voorbeeld zien.
1: Partijen inventariseren
Het is belangrijk om te beginnen met te kijken welke partijen bij het proces betrokken zijn, want samenwerking is onontbeerlijk. Dat zijn globaal de gemeente, provincie, pandeigenaren, ondernemers, financiers en verzekeraars, ondernemersvereniging en parkbeheer. Die taak van inventarisatie lijkt het meest op de schouders van de overheid (gemeente) te liggen.
Een pre voor een succesvolle groen-blauwe inrichting van bedrijventerreinen is de aanwezigheid van een parkmanagementorganisatie die dicht bij de ondernemers staat en primair ten doel heeft de ondernemers te helpen bij facilitaire aspecten.
Als bekend is wie erbij betrokken zijn, is het zaak te kijken wat al die partijen willen; wat is de ambitie? En wat is er al gedaan? Er spelen bij de verschillende partijen verschillende belangen. Voor de lokale overheid zijn belangrijke onderwerpen de klimaatopgaven, economie en werkgelegenheid, groenbeheer en mobiliteit. Voor bedrijven spelen vooral de afzetmarkt, personeel, productie, opslag en transport een rol; voor de pandeigenaar gaat het ook om vastgoedwaarde en het voorkomen van schade. De ondernemersvereniging houdt zich bezig met de gezamenlijke belangen organiseren en afstemmen. Een pand is voor veel ondernemers die eigenaar zijn een pensioenvoorziening. Het waardebehoud is daarom belangrijk om het pand later goed te kunnen verkopen. Een aantrekkelijke omgeving speelt daarbij uiteraard ook mee.
Een mogelijkheid is een team samen te stellen dat bestaat uit bijvoorbeeld de parkmanager, iemand van de gemeente en enthousiaste ondernemers. Zij kunnen het voortouw nemen en andere ondernemers stimuleren om mee te doen.
2: Kennis verzamelen
Als eenmaal bekend is wie meedoet en wat de diverse partijen willen, is het zaak om de problematiek en noodzaak tot een groen-blauwe inrichting overzichtelijk te maken. Wat is bekend van de opgaven die spelen rond klimaatadaptatie en verhogen van de biodiversiteit? Maar vooral: hoe staat het met het bedrijventerrein en de ondernemingen die er zijn gevestigd?
Veel gemeenten hebben in de afgelopen jaren in het kader van de Deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie al geïnventariseerd wat de klimaatopgaven in hun gebied zijn. Via zogeheten stresstesten zijn de potentiële kwetsbaarheden voor wateroverlast, hitte, droogte en overstroming binnen een gebied duidelijk geworden. Met name de oudere, vaak stenige bedrijventerreinen kunnen te maken hebben met wateroverlast.
Kennis kan ook verzameld worden door te kijken bij en te leren van andere bedrijventerreinen die al verder zijn met vergroening en klimaatadaptieve maatregelen. De organisaties Samen Klimaatbestendig en Stichting Kennisalliantie voor Bedrijventerreinen en Werklocaties bouwen aan een netwerk van belanghebbenden om ervaringen en kennis over groene en klimaatbestendige oplossingen met elkaar te delen.
3: Het gesprek
Dan is het tijd voor het gesprek tussen de diverse betrokken partijen om een plan van aanpak te maken en de afspraken vast te leggen. In de gesprekken moet duidelijk worden wat de bedrijven willen en kunnen doen, wat de gemeente kan betekenen en wat het parkbeheer kan doen. De gemeente is vaak al actief op terreinen die komen kijken bij het aanpakken van een bedrijventerrein, zoals groenbeheer, wegenbeheer, wet- en regelgeving, vergunningverlening en financiële regelingen.
Er dient ook gekeken te worden wat de mogelijkheden zijn voor subsidies, stimuleringsregelingen en bijvoorbeeld kortingen op rioolheffingen. Dat is wellicht mogelijk als het terrein wordt afgekoppeld en het regenwater niet meer op het gemeentelijke riool wordt afgevoerd, maar op het terrein zelf blijft.
4: Plan van aanpak
Als duidelijk is wat de verschillende betrokken partijen willen en kunnen, kan er gewerkt worden aan een plan van aanpak of uitvoeringsagenda waarin de afspraken worden vastgelegd. Het motto moet zijn: Denk groot en begin klein!
Hierbij dient onderscheid te worden gemaakt tussen ‘quick wins’ en oplossingen voor de middellange en lange termijn. Bij snelle winst (die gelijk voordeel oplevert) kan gedacht worden aan witte (wit geverfde) of groene (natuurlijke) daken en het aanleggen van groen bij de bedrijven en de omgeving om hitteoverlast te voorkomen. Snelle winst is ook te behalen met kortingen op verzekeringspremies en rioolheffingen.
Voor de langere termijn is een strategie nodig om te komen tot bijvoorbeeld energiebesparing en een aantrekkelijker omgeving. Belangrijk is dat gekeken wordt naar de businesscases van de diverse ondernemingen; voor veel ondernemers geldt dat hun bedrijfspand een productiemiddel is waarbij wordt geprobeerd tegen zo laag mogelijke kosten te produceren; dure vergroeningsmaatregelen passen daar niet altijd in.
Ondernemers willen graag ontzorgd worden; ze hebben het al druk genoeg met het runnen van hun bedrijf. Een goed functionerende parkmanagementvereniging of -organisatie kan al veel werk uit handen nemen, bijvoorbeeld door leveranciers te selecteren om een dak of parkeerterrein te vergroenen of bomen te planten. De vereniging of organisatie kan bijvoorbeeld offertes opvragen en meer voorwerk doen. Een collectieve aanpak biedt voordelen.
5: Uitvoering
Bij de uitvoering van het plan van aanpak is het belangrijk om voortdurend te monitoren hoe het ermee staat, met elkaar in gesprek te blijven en de ontwikkelingen goed in de gaten te houden. En niet vergeten om te kijken of er gaandeweg nog ondernemers zijn die zich willen aansluiten bij de vergroeningsslag.
Bij nieuwe bedrijventerreinen zijn de bedrijven vaak verplicht lid van een parkmanagementvereniging en doen dan in gezamenlijkheid mee; bij oudere bedrijventerreinen is zo’n vereniging nooit opgericht bij de start en zijn bedrijven niet verplicht lid. Collectiviteit is echter belangrijk om de gewenste doelstellingen te behalen. De koplopers of ambassadeurs binnen het vergroeningstraject kunnen andere ondernemers enthousiast maken en hen over de streep trekken om mee te doen.
‘Kantoortuin met een ruime aanplant van lavendel op een bedrijventerrein in de wijk Holtenbroek in Zwolle.-min.jpg’ door Sjon (bron: Provincie Zuid-Holland en Stichting Steenbreek.)
Wat levert het allemaal op?
Klimaatadaptieve maatregelen kunnen voor diverse partijen die bij een bedrijventerrein zijn betrokken, veel voordelen hebben. Te denken valt aan het aanleggen van een wadi (wateropvang), een groen-blauw dak (beplanting met waterberging), inheemse bomen, gevelbeplanting en natuurinclusief bouwen. Bij dat laatste kan met eenvoudige voorzieningen aan gebouwen of gebruik van materialen een bijdrage worden geleverd aan de biodiversiteit en leefbaarheid.
Baten voor overheden
- riool ontlasten
- verbetering wateropvang
- verbetering bodemkwaliteit
- betere waterkwaliteit
- betere luchtkwaliteit
- aantrekkelijk vestigingsklimaat
Baten voor ondernemers
- geluidsreductie
- energiebesparing
- meer lichaamsbeweging medewerkers
- gezonder werk- en leefklimaat
- verhoging waarde onroerend goed
- verhoging beeldkwaliteit
BIZ Grote Polder voorbeeld voor andere bedrijventerreinen
BIZ Grote Polder in Zoeterwoude is een voorbeeld van een groen, duurzaam en toekomstbestendig bedrijventerrein. Het project Boeiend Bloeiend Bedrijventerrein heeft Grote Polder als kleurrijke biodiverse omgeving voor werknemers en bezoekers een voorbeeldfunctie voor andere terreinen gegeven. Dit was echter niet mogelijk geweest, zo zeggen de verschillende betrokken partijen, zonder samenwerking.
Het project Boeiend Bloeiend Bedrijventerrein in 2017 was een initiatief van de gemeente Zoeterwoude, de Vereniging BIZ Grote Polder en ondernemers van het bedrijventerrein met als doel het bedrijventerrein duurzamer, groener, kleurrijker en levendiger te maken. Om de biodiversiteit op het bedrijventerrein te vergroten werd een plan opgesteld voor de herinrichting van de randen, entrees, wegbermen en diverse bedrijfskavels.
Bij het opstellen van het herinrichtingsplan is gekeken naar ideeën en wensen van verschillende partijen zoals de ondernemers zelf, de gemeente en organisaties als het Hoogheemraadschap van Rijnland en onderzoeksinstituut Naturalis. Deze partijen hebben gewerkt volgens het concept Groene Cirkels (netwerk van bedrijven, kennisinstellingen, overheden en maatschappelijke organisaties die werken aan duurzaamheidsoplossingen, waarbij de natuur een belangrijke rol speelt). Ook zijn de ervaringen van buurman Heineken meegenomen die met het programma ‘Biodiversiteit op de Brouwerij’ de strakke gazons en saaie weilanden op het terrein veranderd heeft in een bloemrijk gebied. Het herinrichtingsplan voor Grote Polder werd unaniem gesteund door de gemeente Zoetermeer en de ondernemers.
Inmiddels heeft het bedrijventerrein, dat op de overgang ligt van het stedelijk gebied naar het open gebied van het Groene Hart, zijn metamorfose gekregen. Delen van het terrein zijn op een meer natuurlijke wijze ingericht en groene plekken zijn onderling verbonden voor flora en fauna. Grasstroken zijn vervangen door bloeiende en vruchtdragende planten en bomen die elkaar in bloei opvolgen, er is bijvriendelijke beplanting bij parkeerplaatsen gekomen, verhard terrein op sommige plaatsen is vervangen door vogelbosjes en er is nestgelegenheid gecreëerd.
Samenwerking
Succesfactor bij de vergroening van het terrein is volgens parkmanager Ad van den Berg samenwerking geweest. "Als je met een bestuur van een ondernemersvereniging of -stichting praat, kun je zaken doen en worden ook de ondernemers enthousiast."
"Die samenwerking is heel belangrijk geweest", zegt Liselotte Gips, indertijd projectleider domein Ruimte bij de gemeente Zoeterwoude en nauw betrokken bij de vergroeningsslag op het bedrijventerrein. ‘Je kunt dit niet alleen doen. BIZ Grote Polder is voor de gemeente erg belangrijk, economisch, maar ook financieel. Het project Boeiend Bloeiend Bedrijventerrein paste in het programma Duurzaamheid van de gemeente waarin klimaatadaptatie en biodiversiteit de speerpunten zijn."
De volgende stap is maatregelen om wateroverlast in de gemeente te voorkomen. "Er is voor de hele gemeente een waslijst aan maatregelen samengesteld; voor het bedrijventerrein zitten we nu in de uitvoeringsfase. Je kunt dan denken aan het vergroten van de rioolcapaciteit, het afkoppelen van het hemelwater, nieuw asfalt met een andere kleur zodat de reflectie en dus warmtevorming minder wordt en meer waterdoorlatende bestrating."
Kwaliteitsverbetering
Een van de bedrijven die mee is gegaan in de boeiend en bloeiend-aanpak en een behoorlijk deel van het groen heeft aangelegd, is Dutch Engineering dat zich bezighoudt met toelevering en technische ondersteuning voor staalplaat-betonvloeren. Henk Prins, directeur-grootaandeelhouder van het bedrijf: "Wij vonden het leuk om mee te doen. Het was op zich een goed plan. Vanuit Heineken is daarvoor ook al veel gedaan aan biodiversiteit en de gemeente en een aantal mensen op Grote Polder hebben dat goed opgepakt. Wat meespeelde is dat er ook een stevige subsidie voor het project was."
Er zijn inmiddels al veel ondernemers die het belang van biodiversiteit en klimaatadaptatie inzien. "Voor mij is dat ook belangrijk en het is goed om daaraan mee te kunnen werken. In het begin hebben we veel uitleg gekregen en dat is goed aangeslagen bij de ondernemers", zegt Prins. Behalve het biodiverse aspect zit er volgens de voormalig voorzitter van Vereniging BIZ Grote Polder ook een stuk kwaliteitsverbetering in van de omgeving op het terrein. ‘Het eindresultaat mag er zijn. Het ziet er prachtig uit.’
De komende tijd lijken de ondernemers zich te gaan richten op klimaatadaptieve maatregelen. Van den Berg: "Met die droge zomers hebben we vanuit de BIZ geregeld dat er elke week een waterwagen langskwam om het groen water te geven. En nu zie je dat het idee ontstaat om dat water op te vangen in bakken onder de grond en via een druppelsysteem het groen van water te voorzien. De eerste ondernemers zijn nu bezig om dit op te pakken."
Een van die ondernemers is Henk Prins. "Kortgeleden hebben we een wateropslagtank van circa 35 kuub laten plaatsen waarmee we regenwater van het dak kunnen halen. Wat we teveel opslaan wordt automatisch weer afgevoerd naar het regenwaterriool. Voor die droge periodes hebben we leidingen in onze groenstrook liggen waarmee we elke ochtend de groenstroken kunnen druppelen. Die tankwagen stortte in een keer een enorme bult water over de grond, maar dat is niet goed voor de planten en het is niet de juiste bewatering om effectief te werken. Dit bevloeiingssysteem is de investering waard geweest; het werkt heel goed."
Bijenhotels
Het heringerichte terrein biedt nu net als dat van buurman Heineken een goed leefgebied voor allerlei insecten. Groene Cirkel Bijenlandschap is er vanaf het begin bij betrokken en dat heeft naast de biodiverse inrichting ook geleid tot een groot aantal bijenhotels op het terrein. "We hebben vanaf het begin geprobeerd draagvlak bij de diverse betrokken partijen te creëren en dat is zeer goed gelukt", zegt Hannie Korthof, programmamanager bij Bijenlandschap. "De gemeente Zoeterwoude, partner van Bijenlandschap, heeft daar ook een belangrijke rol in gespeeld, evenals Ad van den Berg. Het bedrijventerrein heeft nu een enorme voorbeeldfunctie voor andere terreinen."
‘Aerial view of the business park Coenecoop’ door KiwiK (bron: Shutterstock)
Dit artikel is een verkorte weergave van de publicatie Wat je wilt weten over groene gezonde bedrijventerreinen en is een uitgave van Provincie Zuid-Holland en Stichting Steenbreek.
Cover: ‘Honingbomen (Sophora Japonica) als laanbomen in herfsttooi. In een bedrijventerrein in de wijk Hoornwerk in Deventer..jpg’ door Sjon (bron: Provincie Zuid-Holland en Stichting Steenbreek.)