Containerschepen in de Maasvlakte, Rotterdam door Aerovista Luchtfotografie (bron: Shutterstock)

Waarom de circulaire economie niet zonder waterwegen kan

9 oktober 2024

6 minuten

Onderzoek Hoe richten we onze omgeving in op een circulaire economie? Aan de hand van toekomstscenario’s laat recent onderzoek zien dat er veel ruimte voor nodig is. Maar hoe die ruimte precies moet worden vormgegeven, is minder evident. Hoe dan ook is er een belangrijke rol voor vervoer over water weggelegd.

De circulaire economie kan een belangrijke factor worden in de strijd om de beperkt beschikbare ruimte. De Nederlandse economie draait – als alles meezit – in 2050 volledig op herbruikbare grondstoffen. Deze fundamentele omslag kan de komende decennia een aanzienlijke ruimteclaim opleveren. Het uit elkaar halen van afgedankte producten, het recyclen en verwerken van grondstoffen, het opslaan van materialen, het assembleren van nieuwe goederen en het repareren van kapotte spullen: het moet straks allemaal op grote schaal gaan gebeuren. En daar is plek voor nodig.

Meer ruimte nodig

Het vervoer van al die grondstoffen, halffabricaten en opgeknapte handelswaar legt bovendien een forse belasting op het wegen- en spoornet. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) schat dat een volledig circulaire economie tot wel 40 procent meer ruimte vraagt dan de huidige lineaire, fossiele economie. Daarom waarschuwde het PBL vorig jaar al dat er snel concrete stappen moeten worden genomen om in de toekomstige ruimtevraag van circulair opererende bedrijven te voorzien.

Hoe pakt die ruimtevraag lokaal uit? Onderzoekers van de TU Delft, de Erasmus Universiteit en Deltametropool hebben een wetenschappelijke verkenning gedaan naar de ruimtelijke consequenties van een circulaire economie voor steden en havens. De provincie Zuid-Holland – met de haven van Rotterdam als het logistieke hart van Nederland – is hiervoor onder de loep genomen. De sterk verstedelijkte regio heeft niet alleen een fijnmazig vervoersnetwerk over land, maar ook over het water. Dat maakt het voor onderzoek naar de circulaire economie een interessante plek. Havens vervullen nu al vaak een spilfunctie in recyclingprocessen. Voor het aan- en afvoeren van bulkgoederen en grondstoffen zijn ze bij uitstek geschikt. Verwacht wordt dat het belang van havens en waterwegen alleen maar groeit, naarmate het hergebruik van goederen en grondstoffen toeneemt.

Moeilijke keuzes

‘De circulaire economie’ is een breed en wat ongrijpbaar begrip, dat ook nog eens regelmatig als een naïef of onhaalbaar idee wordt voorgesteld. Juist daarom is het zinvol om de ruimtelijke consequenties van zo’n economisch model te doordenken, stellen de onderzoekers. Want uiteindelijk wordt op lokaal niveau tastbaar hoe ondernemingen, industrieën en infrastructuur door een systeemverandering zoals die naar een circulaire economie worden beïnvloed. Ook wordt op een wat kleiner schaalniveau duidelijk welke moeilijke keuzes er over de inrichting van de leefomgeving moeten worden gemaakt, denk bijvoorbeeld aan het aanwijzen van locaties voor afvalverwerkingsinstallaties.

De Spoorbrug in Dordrecht door Make more Aerials (bron: Shutterstock)

‘De Spoorbrug in Dordrecht’ door Make more Aerials (bron: Shutterstock)


Hoe een volledig circulaire economie er in 2050 uitziet, is moeilijk te voorspellen. Ook de ruimtelijke implicaties zijn nog hoogst onzeker, constateren de onderzoekers. Maar wat wel kan, is grofweg inschatten welke richting de economie op kan bewegen – en wat daar de consequenties van zijn. Voor het op de internationale handel gerichte Zuid-Holland hebben de onderzoekers aangenomen dat globalisering en de situatie op de arbeidsmarkt de belangrijkste politiek-economische variabelen zijn. Op basis daarvan zijn vier toekomstscenario’s uitgedacht, waarbinnen circulariteit telkens een iets andere rol vervult.

Toegang tot waterwegen is voor veel toekomstige circulaire ondernemingen een absolute pré

In het eerste scenario uit het onderzoek zet de globalisatie onverminderd voort en is er sprake van arbeidsoverschotten. De economie floreert – met als keerzijde een grote druk op de beschikbare ruimte in Zuid-Holland en de rest van Nederland. De de-industrialisatie zet door en ook in het circulaire systeem worden veel van onze goederen geïmporteerd.
Het tweede scenario gaat uit van deglobalisatie en arbeidsoverschotten. Het economisch tij zit tegen, Nederland heeft moeite zijn open economie om te vormen. De maakindustrie kent wel een voorzichtige comeback, en Nederland profiteert van de circulaire economie: hergebruik van goederen compenseert het opdrogen van internationale handelsstromen.

Arbeidstekorten

In scenario drie zet de globalisering door, maar zijn er grote arbeidstekorten. Het gaat economisch voor de wind, maar een gebrek aan personeel remt de groei. Nederland probeert van elders arbeidskrachten te halen, wat maar ten dele lukt. Robotisering en automatisering maken daardoor een snelle groei door, net als slimme innovaties op het gebied van circulariteit.
In scenario vier ten slotte is de wereld gedeglobaliseerd en zijn er arbeidstekorten. Handel drijven doen we vooral binnen Europa. Een sluimerend tekort aan grondstoffen geeft een impuls aan het ontwikkelen van allerlei circulaire producten. Maar economische malaise maakt dat duurzaamheid en hightech innovaties naar de achtergrond zijn verdreven. Onze diensteneconomie verlegt de focus geleidelijk naar meer industriële productie.

Schroothoop in de Rotterdamse haven door Lithuaniakid (bron: Shutterstock)

‘Schroothoop in de Rotterdamse haven’ door Lithuaniakid (bron: Shutterstock)


Deze scenario’s laten zien dat nationale verdienmodellen ook binnen een circulair economisch systeem erg kunnen verschillen. Wel is er in drie van de vier toekomstbeelden een forse toename van de binnenlandse circulaire productie, waardoor de ruimtevraag ook navenant toeneemt. Dit suggereert dat het verstandig is om daar nu al rekening mee te houden. De provincie Zuid-Holland heeft al stappen in die richting gezet: het totale oppervlakte aan industriegebieden mag er niet meer afnemen. Wordt ergens een industrieterrein gesloten, dan moeten elders de verloren hectares gecompenseerd worden. Het is alleen de vraag of dit ook echt zorgt voor geschikte vestigingsruimte voor circulaire bedrijvigheid, merken de onderzoekers op.

Circulaire bedrijven maken nauwelijks gebruik van hun toegang tot de waterwegen

Hoe dan ook is het onduidelijk welke ruimtelijke eisen toekomstige recyclaars precies gaan stellen – voor zover überhaupt al duidelijk is welk type bedrijf de circulaire economie in 2050 draaiende houdt. Wel achten de onderzoekers het waarschijnlijk dat toegang tot waterwegen voor veel toekomstige circulaire ondernemingen een absolute pré is. Een groot aantal vervoersbewegingen is inherent aan de stapsgewijze verwerking van materialen in circulaire ketens. Binnenvaartschepen hebben, in tegenstelling tot vrachtwagens, geen last van files en beschikken over veel meer laadvermogen.

Waterwegen beter benutten

Alle grote steden in Zuid-Holland hebben bedrijventerreinen met toegang tot vaarroutes. Daar liggen op dit moment vier clusters van – min of meer – circulaire ondernemingen. In de omgeving van Rotterdam bevinden zich veel grote afvalverwerkers. Rond Leiden en Den Haag zitten bedrijven die zich bezighouden met kleinschalige reparaties, hergebruik en afval. In de omgeving van Gouda is een aantal bedrijven in circulaire bouwmaterialen gevestigd. En in Dordrecht vinden we veel scheepswerven. Omdat die ook schepen opknappen, vallen ze nog nét binnen de definitie van een circulaire onderneming.

Oud scheepswerf in Rotterdam door Frans Blok (bron: Shutterstock)

‘Oud scheepswerf in Rotterdam’ door Frans Blok (bron: Shutterstock)


Deze bedrijven (behalve de scheepswerven) maken opvallend genoeg nauwelijks gebruik van hun toegang tot de waterwegen, blijkt uit het onderzoek. Een sluitende verklaring wordt daar niet voor gegeven. De auteurs waarschuwen voor het overbelasten van het toch al drukke wegennet in Zuid-Holland, wanneer de circulaire economie werkelijk op stoom komt.
De onderzoekers stellen dat goederen vervoeren over het water de verkeersdruk aanzienlijk kan verlichten, maar dat in de ruimtelijke plannen daar dan wel rekening mee gehouden moet worden. Want het zijn vooral bedrijventerreinen op aantrekkelijke locaties langs het water die als eerste herontwikkeld worden tot woonwijken. Dat is niet verbazingwekkend gezien de aantrekkelijke ligging, maar op de langere termijn, met de transitie naar de circulaire economie in het oog, gaan daarmee wel belangrijke logistieke schakels verloren.


Cover: ‘Containerschepen in de Maasvlakte, Rotterdam’ door Aerovista Luchtfotografie (bron: Shutterstock)


Kaz Schonebeek door Kaz Schonebeek (bron: LinkedIn)

Door Kaz Schonebeek

Redacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

De regionale investeringsagenda door Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling (bron: Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling)

“De RIA is dé manier om complexe ruimtelijke opgaven in de regio op te pakken”

Vandaag lanceert Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling (SKG) de handreiking Regionale Investeringsagenda (RIA), een samenwerkingsvorm voor een breed gedragen ruimtelijk langetermijnperspectief in de regio. Het is deel twee in onze serie over de RIA.

Uitgelicht
SKG Nieuws

15 oktober 2024

Mercado, Binnenstad Groningen door Marcel Ijzerman (bron: MWPO)

In Groningen blaast een oud warenhuis nieuw leven in de binnenstad

In het centrum van Groningen functioneren tienduizenden vierkante meters leegstand als vliegwiel voor de ontwikkeling van een heel gebied. De toverformule? De intensieve samenwerking tussen projectontwikkelaar en gemeente.

Casus

15 oktober 2024

Aeisso Boelman column cover door Esther Dijkstra (bron: Illustratie Esther Dijkstra, bewerkte foto Cleo Mulder)

Kabinet: draai aan twee knoppen voor een goede businesscase wonen

In het regeerprogramma besteedt het kabinet serieus aandacht aan wonen en volkshuisvesting. Daarmee geeft ook dit kabinet prioriteit aan wonen, ziet columnist Aeisso Boelman. Maar de uitvoering vraagt nog wel de nodige aandacht.

Opinie

14 oktober 2024