Thumb_samenwerking en allianties_0_1000px door Onbekend (bron: Shutterstock)

Waarom we geen nieuwe avant-garde nodig hebben

12 oktober 2012

4 minuten

Opinie De crisis wordt vaak als het einde van een tijdperk gezien. Met Rudy Stroink staan er velen klaar om dat tijdperk uit te zwaaien. De erfenis van het oude denken drukt zwaar en de sector smeekt om Verlichting. Men vecht voor omzetbehoud maar mist nieuwe idealen, mist bestemming en verbeelding. In een open brief vraagt Rudy Stroink zich vertwijfeld af waar de jonge garde blijft. Een nieuwe generatie met frisse ideëen. Zoals de avant-garde van het CIAM in de vorige eeuw. Een generatie van jonge kannibalen, die hongerig zijn om af te rekenen met ‘het oude denken’: met het postmodernisme, het aanbodgericht bouwen, de ruimte als financieel product los van de eindgebruiker.

Het einde van een oud tijdperk impliceert het begin van een nieuw tijdperk met een nieuwe ideologie. Profeten dringen aan de deur om hun visie te verkopen: bottom-up ontwikkeling, tijdelijk gebruik of duurzame dromen. Ze beloven nieuwe antwoorden, slimme financieringsmethodes en innovatieve ontwikkelmodellen; een nieuwe manier van denken.

Het is echter sterk de vraag of het oude denken wel ten einde is. Dat was namelijk geen massieve ideologie, geen statisch kaartenhuis dat ingestort is. Het was een verzameling strategieën om te kunnen ontwikkelen, om samen te werken; om geld te verdienen. De discutabele paradox is dat een aantal strategieën dat de crisis veroorzaakt heeft, ook weer toegepast kan worden om uit de crisis te komen. Oude ontwikkelmodellen en financieringsvormen blijven bruikbaar, kennis en ervaring blijven toepasbaar. Publiek en privaat dansen samen verder, ookal staan ze vaak op elkaars tenen.

Sterker dan ooit tevoren kijkt de sector naar de toekomst. Phillip Smits stort zich op twitter en BIM, andere projectontwikkelaars noemen zich voortaan herontwikkelaars. Het aantal congressen over tijdelijk gebruik of transformatie is talloos. Er wordt overal geëxperimenteerd. Het oude denken daarom niet ten einde, maar leert snel bij.

Door de crisis is er in de markt veel ruimte ontstaan. Fysiek door grote leegstand, beleidsmatig omdat de overheid voor een faciliterende rol kiest. Deze nieuwe ruimte is in de statistiek in grote getallen gevat. In duizenden onverkoopbare woningen of in miljoenen leegstaande vierkante meters. De opgave is echter bij uitstek gefragmenteerd. Nieuwe strategiën en instrumenten bedienen een klein segment (zoals studentenhuisvesting) en zijn locatie-specifiek (zoals de beheersverordening).

De nieuwe generatie, de voorhoede van mijn leeftijdsgenoten, is ondernemend en werkt in die ontstane ruimte. Vertrekpunt is niet een bepaalde ideologie, maar de opdrachtgever en de specifieke opgave. De ruimte is geen politiek-maatschappelijk vraagstuk meer. De ruimte is niet langer een hiërarchische ordening van overheidsplannen en ideologieën. Dat is de politieke realiteit waarin we werken.

Waar de tv en de galerijflat de massacultuur van de jaren zestig illustreren, daar duiden sociale media en CPO deze tijd. Een zelfgekozen kring van vrienden of marktsegment bepalen het schaalniveau van de opdrachtgever. Er is daardoor geen grootschalige beweging of schaalbare strategie, geen globaal concept of avant-gardistisch debat.

Ik kan Rudy Stroink daarom niets anders bieden dan de pragmatische werkelijkheid waar ik in sta. Die wordt dagelijks ingevuld met nieuwe, spannende initiatieven. Er is een ongekende noodzaak om zelf op pad te gaan, om te ondernemen. Er is ook een ongekende opgave. Ik vind mijn opdrachten niet vanachter mijn bureau, maar buiten op straat. Niet in de krant of in de statistieken, maar verscholen op binnenterreinen of in bejaardentehuizen, bij studenten zonder kamer of starters zonder hypotheek. Op die plaatsen zijn de consequenties van het overheidsbeleid voelbaar en de potenties van de crisis tastbaar.

De plannen van de modernistische avant-garde zijn ooit geboren op de tekentafel. De gebouwde realiteit bleek een zwak surrogaat van de abstracte idealen. Moeten we nu een nieuwe ideologie introduceren, een nieuw verbindend vergezicht? Moeten we beginnen met een nieuwe manier van denken, met het maken van nieuwe gebouwen door een nieuwe generatie ontwerpers en ontwikkelaars?

Ik geloof dat in deze tijd de opdrachtgever met zijn specifieke, ruimtelijke vraag vertrekpunt moet zijn. Het antwoord op die vraag verbindt het heden met de toekomst: het verbindt bestaande bouw met nieuwbouw en het verbindt de ervaring van de generatie van Rudy Stroink met het enthousiasme van mijn generatie. Het is de opgave die verbindt: dat is waarom we geen nieuwe avant-garde nodig hebben.

Dit artikel is een reactie op de column Open brief aan de jonge generatie, met de vraag: Waar is de avant-garde van deze tijd? door Rudy Stroink


Cover: ‘Thumb_samenwerking en allianties_0_1000px’ door Onbekend (bron: Shutterstock)


Portret - David Struik

Door David Struik

YP-redacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

Peter Pelzer door Faculteit Bouwkunde TU Delft (bron: Faculteit Bouwkunde TU Delft)

“We moeten de lange termijn meer gaan voelen in gebiedsontwikkeling”

Peter Pelzer is sinds 1 januari hoogleraar aan de TU Delft en werkte aan een geactualiseerde versie van zijn stadsessay Verantwoordelijk voor de toekomst, waarin hij op zoek gaat naar een planologie voor de lange termijn.

Interview

21 januari 2025

De L-flat in Zeist door Patrick Verhoef (bron: shutterstock)

Wijkaanpakken in middelgrote gemeenten, drie praktijkvoorbeelden

Onderzoekers van Platform31 destilleren uit drie praktijkvoorbeelden een aantal lessen die volgens hen relevant zijn voor middelgrote Nederlandse gemeenten die aan de slag willen met een brede wijkaanpak.

Onderzoek

20 januari 2025

Huis onder constructie door Fokke Baarssen (bron: Shutterstock)

Friso de Zeeuw over zijn rol als voorzitter van adviesgroep STOER

Het programma STOER moet ervoor zorgen dat de kabinetsambitie om 100.000 woningen per jaar te bouwen sneller, efficiënter en goedkoper wordt gerealiseerd. Friso de Zeeuw is benoemd tot voorzitter van de adviesgroep van het programma.

Interview

17 januari 2025