Verslag Stationsgebieden zijn in trek voor woningbouw. Ze zijn goed bereikbaar en er zijn vaak al veel voorzieningen in de directe omgeving te vinden. In een digitale themasessie van platform Stedelijke Transformatie en het Expertteam Woningbouw wordt aan de hand van de casussen Den Bosch en Purmerend duidelijk welke kansen, dilemma's en lastige keuzes er komen kijken bij de verdichting van stationsgebieden.
Tijdens het webinar 'Woningbouw in spoorzones' vertelt Antoinette van Heijningen van het Expertteam Woningbouw over het maken van een nieuw stuk stad in spoorzones. Gemeenten die de hulp inroepen van het expertteam zijn vaak al bezig met woningbouwplannen en zoeken naar manieren om het gebied aantrekkelijk en leefbaar te maken. Over de belangrijkste vraag is echter vaak nog niet nagedacht, aldus Van Heijningen. "Als je begint met de vraag wat de gewenste rol van het gebied is, dan volgt de rest vanzelf."
Tweede hartkamer
Van Heijningen noemt een stationsgebied een 'tweede hartkamer', naast het oude stadshart. Het zijn volgens haar gebieden die met goede verbindingen – de doorbloeding van het gebied – stevig verankerd kunnen worden in de stad. Dit illustreert zij met een korte samenvatting van adviezen van het expertteam over Stationsgebied Delft Campus, Spoorzone Zwolle en Spoorzone Purmerend. Dit zijn zeer verschillende casussen, met als belangrijke overeenkomst dat de plannen aan kracht hebben gewonnen door uit te gaan van een specifieke positionering, een integrale gebiedsvisie en samenwerking in een brede coalitie.
Van Heijningen adviseert om alert te zijn op de neiging om eerst de relatief makkelijke randen van een gebied te vullen. “Geef het gebied hier ook niet te goedkoop weg”, waarschuwt ze gemeenten tegen ongeduldige projectontwikkelaars. "Te vroege toezeggingen kunnen in een later stadium dwars gaan zitten. Werk vanuit het hart van het gebied: het station."
Investeren en organiseren
Damo Holt, ook lid van het Expertteam Woningbouw, legt uit hoe plannen in stationsgebieden en aan spoorzones daadwerkelijk rondgerekend kunnen worden. Dat begint bij ‘investeren in het organiserend vermogen’. “Ontwikkelingen rond spoorzones zijn altijd complex, langjarig, ingewikkeld en onzeker. Daarom heb je niet veel aan een sturend plan,” stelt Holt. “Je hebt veel meer aan goed partnerschap, met flexibiliteit en vertrouwen in elkaar. Hoe gratuit dat ook klinkt, dat is gewoon nodig om samen aan de slag te kunnen.” Verkokering vermijden tussen opgaven voor bijvoorbeeld infrastructuur, woningbouw, economie, energie en klimaat noemt hij daarvoor essentieel.
Tegelijkertijd is het van belang om‘het investerend vermogen organiseren’. Door de complexiteit en het vaak versnipperde bezit is volgens Holt bijvoorbeeld een spelregelkader kostenverhaal, een Fonds Bovenwijks, een bijdrage uit een strategische reserve vanuit de stad nodig of een combinatie van deze instrumenten. Door samen een 'gebiedspot' te creëren en eventueel vastleggen dat opbrengsten worden geoormerkt voor investeringen ter plekke, kunnen zorgen dat er geen middelen uit het gebied weglekken.
Station als knooppunt in de stad
De stations zelf zijn van strategisch belang voor de ontwikkeling van spoorzones. Het zijn knooppunten met een groot verzorgingsgebied, die daarmee een prominente rol innemen. Daan Klaase licht de visie toe van NS Stations. Bij ongeveer een kwart van de in totaal 400 stations ligt momenteel een opgave in de directe omgeving. Stations groeien uit tot complexere ov-knooppunten waar netwerken van meerdere aanbieders samenkomen en ruimte claimen. NS Stations wil die veranderingen samen met Prorail accommoderen en zorgen dat reizigers zo plezierig mogelijk hun weg vinden. Uit onderzoek blijkt dat een steeds groter deel van de reizigers het station te voet verlaat. Dat maakt steden gezonder en veiliger. Ook biedt dit mogelijkheden voor aangrenzende gebieden want bruisende stationsgebieden zijn goed voor de lokale economie: hoe meer voetgangers hoe meer omzet voor de lokale winkels.
In het Toekomstbeeld OV 2040 staat dat er behoefte is aan een kwaliteitssprong én een schaalsprong. Want stations moeten meegaan met een verwachte reizigersgroei om steden duurzaam bereikbaar te houden. Tegelijkertijd kan dat gaan schuren met plannen voor verdichting rond stations. Daarom doet Klaase een dringende oproep aan gemeenten om ProRail en NS Stations al in een vroeg stadium bij woningbouwplannen te betrekken. "Alleen dan kun je elkaars opgaven begrijpen en afstemmen. Let daarbij ook op toekomstige groei”, zegt Klaase.
Tijdens het webinar komen de casussen Den Bosch en Purmerend aan bod die dilemma’s van bouwen in een stationsgebied of langs een spoorzone concreet maken.
Den Bosch
Erik Feenstra, senior strateeg bij de gemeente ‘s-Hertogenbosch vertelt hoe de transformatie van oude bedrijventerreinen, de ontwikkeling van het Paleiskwartier aan de westkant van de stad en lopende projecten als vliegwiel werken voor wat hij 'Spoorzone 2.0' noemt. De NS zien Den Bosch als een van de belangrijke knooppunten in het land en het Rijk heeft het gebied vanuit de Nationale Omgevingsvisie aangewezen als grote woningbouwlocatie. De gemeente wil dat koppelen aan de ontwikkeling tot toonaangevende datastad: er moet een innovatiekwartier komen met bedrijven en kennisinstellingen op het vlak van data en de toepassing daarvan.
Uitbreiding van de huidige grote mix van functies is wel ingewikkeld nu de ruimte rond het spoor gevuld raakt. Juist daarom is extra aandacht nodig voor de openbare ruimte, zegt Feenstra: “We verdichten en daarom moet de beperkte openbare ruimte wel van enorm hoge kwaliteit zijn.” Een ander dilemma gaat volgens Feenstra over inclusiviteit: zijn woningen in de populaire spoorzone voor iedereen bereikbaar of alleen voor de happy few?
Feenstra is tevreden dat dit ov-knooppunt in 2020 op de agenda van het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) terecht is gekomen. Dit betekent nieuwe kansen voor het knooppunt en de bijbehorende stedelijke opgave. Hij pleit daarbij voor langjarige samenwerking, maar niet op basis van een dichtgetimmerde blauwdruk. Naast geld, gaat het om jarenlange aandacht en commitment: "steeds blijven kijken of je nog actueel bent, alert blijven op nieuwe kansen en die creatief inpassen."
Purmerend
Groeigemeente Purmerend, met als verborgen pareltje een historische binnenstad, heeft letterlijk haar grenzen bereikt. Om de veranderde samenstelling van de bevolking te kunnen huisvesten, ligt er een bouwopgave van 10.000 woningen. Die moet dus binnenstedelijk worden ingepast en dat kan vooral bij het stationsgebied dat volgens programmamanager Harm-Jan Stalman een kwaliteitsimpuls kan gebruiken. Hij vertelt over de aanpak waarbij eerst een mobiliteitsvisie, een woonvisie en een hoogbouwvisie zijn gemaakt. Met dit huiswerk achter de hand is vervolgens een gebiedsvisie opgesteld, en is hulp van het Expertteam Woningbouw gevraagd voor de strategie. De gebiedsvisie is unaniem door de gemeenteraad vastgesteld inclusief commitment op de lange termijn.
‘Aerial view of Purmerend, a city in the province Noord-Holland in The Netherlands. Beautiful town with a crystal clear horizon with cumulus clouds.’ door Aerovista Luchtfotografie (bron: Shutterstock)
Ov-mobiliteit is randvoorwaardelijk voor de gebiedsontwikkeling in Purmerend en tegelijkertijd erg ingewikkeld. Dat vraagt om een aparte strategie. Ook nadere opgaven en kansen vanuit de Metropoolregio Amsterdam (MRA) moeten goed worden ingebed. De verdere stedenbouwkundige uitwerking is daarom nadrukkelijk adaptief. Op korte termijn begint Purmerend met placemaking om het stationsgebied op de kaart te zetten en met enkele quick wins voor woningbouw, mobiliteit en leefbaarheid.
Hoe ontwikkel je spoorzones effectief?
- Vergoot de schaal: kijk verder dan het gebied zelf
- Maak geen blauwdruk maar een adaptief plan
- Investeer in verbindingen: met name voor voetgangers en fietsers
- Sluit vroeg coalities: met NS, ProRail en stakeholders in de stad
Dit artikel verscheen eerder op stedelijketransformatie.nl. In het programma Stedelijke Transformatie bundelen gemeenten, marktpartijen en andere betrokkenen de krachten om binnenstedelijke gebiedstransformaties te versnellen en op te schalen.
Cover: ‘Den Bosch, Netherlands - 26-03-2020: The train station of Den Bosch seen from above’ door Alseenrodelap.nl - Elco (bron: Shutterstock)