Analyse De grote en vooral ook in elkaar grijpende opgaven in gebiedsontwikkeling vragen een brede, integrale aanpak. David ter Avest, Gert-Joost Peek en Kees Stam, verbonden aan Hogeschool Rotterdam laten zien hoe zij hun studenten voorbereiden op de praktijk in gebiedsontwikkeling. “Juist de verschillende achtergronden van de studenten zorgen voor cross-overs die we niet hadden voorzien.”
Gebiedsontwikkeling vraagt van iedere professional een brede benadering om de complexe opgaven aan te kunnen pakken waar we vandaag de dag voor staan. In de praktijk zien we dat specialisten uit verschillende vakgebieden in hun comfortzone blijven hangen, hun eigen belangen voorop blijven stellen en elkaar soms zelfs argwanend benaderen. Reden te meer om een cultuurverandering tot stand te brengen in het vakgebied. Het onderwijs is daarvoor een veelbelovend domein, aangezien toekomstige professionals hier gevormd kunnen worden. Aan het onderwijs daarom de schone taak hierop te anticiperen door de toekomstige professional breed te laten kijken, over de grenzen van vakgebieden heen en toe te rusten om multidisciplinair samen te werken.
Aan de Hogeschool Rotterdam krijgt het aanleren van een multidisciplinaire blik steeds meer vorm, zowel in het onderwijs als in het praktijkgericht onderzoek. Een multidisciplinaire blik vraagt dat we steeds meer de specifieke kwaliteiten van opleidingen, zoals bouwkunde, watermanagement, vastgoed, facility management en ruimtelijke ontwikkeling, moeten inzetten in een groter geheel. ‘Veranderwijs’ worden, noemen we dat [1].
Opgavegericht werken
De multidisciplinaire blik passen we toe in opgavegericht werken, dat een steeds centralere plek in ons onderwijs krijgt. Opgaven die per definitie multidisciplinair zijn en een integrale aanpak vragen waardoor je automatisch samen moet werken met andere disciplines. Een opgave zelf heeft immers nog geen vorm, is eigenlijk een open vraag en biedt alle ruimte voor inhoud en invulling [2]. Neem Resilience, zo’n opgave die ons uitdaagt een stadswijk veerkrachtig – economisch en sociaal sterk – te maken voor langere tijd. Waar voorheen kant-en-klare praktijkvragen door specifieke opleidingen werden opgepakt, zoals een bouwkundig vraagstuk voor civiele techniek of een ontwerpvraag voor ruimtelijke ontwikkeling, stimuleren we onze studenten nu om samen de goede vragen stellen, verbindingen te leggen tussen vakgebieden en zo inzicht te krijgen in de consequenties van keuzes die je maakt. Om samen zo’n grote, vage opgave als resilience handen en voeten te geven.
Zo werkte in het voorjaar van 2021 een groep derdejaars studenten aan de gebiedsontwikkeling van de Koningin Wilhelminahaven in Vlaardingen. Aan vijf gemengde teams van in totaal zeven verschillende opleidingen is twee weken lang de ruimte gegeven om de ontwikkelingsmogelijkheden van het gebied te verkennen en de gebiedsontwikkeling handvatten te geven. De opgave luidde om te komen tot een levendig stedelijk gebied. Op verschillende manieren werkten de teams aan deze opgave, met alle vrijheid op inhoud, aanpak en op te leveren product. Zo koos een team een monumentaal pand om de renovatiemogelijkheden en het cultureel erfgoed te verkennen, ontwierp een ander team een flexibele waterkering om de kades te verbeteren en klimaatadaptief te maken en stelde een derde team twee strategieën op voor een nieuwe kijk op parkeren en openbare ruimte. Op het eerste gezicht misschien niet zo vernieuwend, maar juist de verschillende achtergronden van de teamleden zorgen voor cross-overs die we niet hadden voorzien. De studenten maakten elkaar wegwijs in verschillende onderzoeksvaardigheden, kennisbronnen en softwareprogramma’s. En ze hielden elkaar ook inhoudelijk scherp. De studenten facility management voegden moodboards en doelgroepenanalyses aan de renovatiemogelijkheden toe, de inpassing van de waterkering kreeg zowel een civieltechnische als een waterkundige onderbouwing en studenten logistiek voegden een bewegingsanalyse toe aan de inrichting van de openbare ruimte, waarbij studenten stedenbouw ontwerpschetsen maakten voor de kades en nieuwe looproutes. De opgave bleek, samen met geboden vrijheid en de aanmoediging om van en met elkaar te leren, tot oplossingsrichtingen te leiden die we niet hadden voorzien.
Groter geheel
Naast het faciliteren van multidisciplinair leren en opgavegericht werken willen we als hogeschool ook dicht op de praktijk zitten. Dat doen we door letterlijk aanwezig te zijn in het gebied waar we actief zijn. Vanuit deze gedachte is in september 2021 een nieuwe onderwijslocatie geopend in een gebied waar we met studenten werken aan verschillende opgaven: de Merwe-Vierhavens in Rotterdam. Al jaren denken onze studenten en onderzoekers mee met deze gebiedsontwikkeling. Door de keuze voor een eigen pand in het gebied laten we zien dat we betrokken zijn, onze rol serieus nemen zijn en zijn we letterlijk onderdeel van de gebiedsontwikkeling.
‘Merwe Vierhavens, Rotterdam’ door Frans Blok (bron: Shutterstock)
Vanuit de nieuwe onderwijslocatie in de Merwe-Vierhavens werken momenteel vijf samenwerkende minoren aan opgaven in het gebied. De minoren samen tellen ruim tweehonderd vierdejaars studenten van verschillende hogescholen die bewust kiezen zich een half jaar lang verder te ontwikkelen in bijvoorbeeld infrastructuur, renovatie, constructie of stedenbouw. Ze bieden stakeholders in het gebied nieuwe ideeën en concepten voor actuele opgaven, zoals te zien is in de tentoonstelling ‘Aard van de plek’ (en in dit filmpje). Studenten verkennen nieuwe concepten voor stadslogistiek en deelmobiliteit, renovatiemogelijkheden van karakteristieke panden in het gebied en ontwerpen een samenhangende openbare ruimte. Hoewel dus elke student zijn eigen specialistische minor heeft gekozen, maken we hen vanaf het begin bewust van het feit dat hun opdracht deel uit maakt van en bijdraagt aan een groter geheel. Wanneer bijvoorbeeld de functionaliteit van een gebouw of gebied verandert, dan heeft dat invloed op de verkeersstromen, de inrichting van de omgeving, het stratenplan of aanwezige voorzieningen. En bij de renovatie of transformatie van cultuurhistorische gebouwen komen dan weer constructieve vraagstukken kijken, om maar een voorbeeld te noemen.
Om deze integrale blik te ontwikkelen zetten we extra in op multidisciplinair leren, want dit gaat niet vanzelf en niet bij iedereen van harte. Aan de onderwijskant lopen we daarbij soms aan tegen de dynamiek en grenzen van curricula, roosters en competenties. En daarnaast wordt onder studenten de toegevoegde waarde van multidisciplinair werken dikwijls en hardop in twijfel getrokken. Er is niet voor niks voor een bepaalde opleiding of een specifieke minor gekozen, zo luiden reacties.
Kwaliteit herkennen
Vanuit het gedachtegoed van boundary crossing [3] leren we studenten om over hun eigen grenzen heen te kijken en te leren van de frictie die dat soms oplevert. Een ‘andere aanpak’ van een groepsgenoot of juist een kennisleemte bij een teamgenoot zijn leerzaam en helpen inzicht te krijgen in samenwerking in gebiedsontwikkeling na het afstuderen. En we leren hoe studenten hiermee om kunnen gaan: zo vragen we studenten eigen kwaliteiten te herkennen en deze te verbinden met de aanvullende kwaliteiten van een ander. Door hier vervolgens op te reflecteren kunnen ze komen tot een nieuw, gedeeld perspectief, dat dikwijls bestaat uit interessante en vernieuwende ideeën. En dan vormt het onbevooroordeelde perspectief van studenten een welkome toevoeging aan de kennis en kunde van doorgewinterde professionals.
Wilt u reageren op dit artikel of een gastbijdrage voor Gebiedsontwikkeling.nu schrijven over een ander onderwerp? Bekijk dan hier de mogelijkheden.
Bronnen
1.Peek, G. J. (2020). Veranderwijs in Rotterdam. In D. Gijsbertse, A. van Klink, K. Machielse, & J. Timmermans (red.) Hoger beroepsonderwijs in 2030. Toekomstverkenningen en scenario’s vanuit Hogeschool Rotterdam (pp. 97-127). Hogeschool Rotterdam.
2.Houtkamp, B., Ruijters, M., & De Vries, C. A. (2019). Opgavegericht teamleren. Samen werken aan een groter goed. Amsterdam: Management IMPACT.
3.Gulikers, J. T. M., & Oonk, C. (2016). Het waarderen van leren met partijen buiten de school. OnderwijsInnovatie, 3, 17-26.
Cover: ‘Erasmus student are studying at University library’ door Rusly95 (bron: Shutterstock)