Nieuws Primeur in Vught. Op de woningen in het Stadhouderspark liggen geen zonnepanelen, deze komen op de voormalige De Gruyterfabriek, even verderop in ’s-Hertogenbosch. In tegenstelling tot andere vormen van duurzame energievoorziening kent zo'n aanpak nogal wat financële en fiscale hobbels.
Kopers van woningen in het Vughtse Stadhouderspark participeren in Brabants eerste zonnecentrale door de certificaten aan te aanschaffen. Die krijgen ze bij de aankoop van hun woning. Hoeveel panelen dat zijn, is afhankelijk van het type woning: vrijstaand, twee-onder-een-kap, rijtjeswoning en dergelijke. Anders dan wanneer de panelen op het dak van een woning liggen, kunnen de bewoners de zelf opgewekte stroom niet wegstrepen tegen elektriciteit die ze van hun energiebedrijf afnemen. Van salderen is dus geen sprake.
In plaats daarvan maken ze gebruik van SDE+-subsidie die voor het project is verkregen. Deze stimuleringsregeling voor duurzame energie levert de huishoudens een voordeel op van bijna € 0,10 per opgewekte kilowattuur gedurende 15 jaar. Alles bij elkaar is dat een vergelijkbaar voordeel als bij salderen, wat naar verwachting na 2020 niet meer mogelijk is.
Financiële en fiscale hobbels
Dus of het nou salderen is of SDE+, financieel pakt het voor de bewoners vergelijkbaar uit. Toch zijn er nog wel een paar hobbels die genomen moeten worden om zo'n aanpak vaker toe te passen. Fiscaal bijvoorbeeld. Om namelijk voor de aftrek van de hypotheekrente in aanmerking te komen, moet iets tot de ‘eigen woning’ behoren met ‘daartoe behorende aanhorigheden’. Zo is het althans vastgelegd in de Wet Inkomsten Belasting. Volgens de fiscus voldoen zonnepanelen op een ander dak niet aan de vereiste criteria. Daarmee komen ze in belastingbox 3 in plaats van box 1 terecht en is de rente voor dit deel van de hypotheek niet aftrekbaar.
Daarbij is het overigens nog maar de vraag of kopers hiervoor een hypotheek krijgen. Dat blijkt uit een telefonische rondgang langs verschillende banken. Lang niet allemaal zijn ze bereid de panelen mee te financieren. Dat komt omdat de panelen niet ‘aard- en nagelvast’ aan de woning zitten en daarmee dus niet tot de onroerende zaak behoren. In het geval van Stadhouderspark kon deze kwestie worden omzeild, doordat de kopers zelf geld meebrachten. Maar wat nou als zonnepanelen een veel groter beslag op de kosten doen, bijvoorbeeld omdat er veel hogere energieprestaties worden vereist, bijna energieneutraal of nul-op-de-meter bijvoorbeeld? Of wat als het gaat om starterswoningen, waarbij veel vaker sprake is van een volledige financiering?
Geen optimaal gebruik zonnepanelen
De fiscus en hypotheekverstrekkers hebben vermoedelijk nog geen idee hoe hiermee om te gaan. Toch is het zaak hier snel een antwoord op te vinden. Nul-op-de-Meterwoningen zijn immers schering en inslag. En waar die nu nog in het weiland staan onder ideale omstandigheden, trekken ze morgen waarschijnlijk de stad in. Omliggende bebouwing staat daar een optimaal gebruik van zonnepanelen in de weg. En de BENG-eisen voor bijna energieneutrale gebouwen na 2020 is ook iets wat z’n schaduw vooruit werpt.
Het Platform ZEN en de ondertekenaars van het Lente-akkoord (o.a. NEPROM, NVB en Bouwend Nederland) doen er daarom goed aan zich niet alleen te concentreren op de vraag hoe je zeer energiezuinige nieuwbouwwoningen realiseert en aan de man brengt, maar vooral ook te lobbyen voor goede financiële en fiscale randvoorwaarden waarbinnen deze producten kunnen worden ontwikkeld en verkocht. Alleen dan kan niet alleen een energiesprong, maar vooral ook de noodzakelijke schaalsprong worden gerealiseerd.
Bron: duurzaamgebouwd.nl
Deze blog is het vervolg op de visieblog ‘Zonnepanelenprimeur in Vught’ van Bas van de Griendt, die vorige week is verschenen op duurzaamgebouwd.nl. Hij is als manager MVO en Duurzaam Ontwikkelen verantwoordelijk voor de duurzaamheidsagenda van BPD
Cover: ‘Solar panels’