Opinie COLUMN De kennis van ruimtelijk ontwerpers en erfgoedspecialisten is essentieel bij de aanpak van het belangrijke energie- en klimaatvraagstuk, blijkt uit de deze maand verschenen publicatie ‘KEER’. Syb Groeneveld, directeur-bestuurder Stimuleringsfonds Creatieve Industrie, onderstreept in het nawoord de toegevoegde waarde.
Schaarse ruimte
Ontwerpers speelden hierin een cruciale rol, omdat zij twee kwaliteiten bezitten die helpen bij het oplossen van grote maatschappelijke vraagstukken: verbindingskracht en verbeeldingskracht. Ontwerpers kunnen creativiteit en kennis combineren met een analyse én zijn in staat om die te verbeelden tot een aantrekkelijk, innovatief en toekomstbestendig Nederland.
Maar ons cultuurlandschap is nooit af is, en juist dit gegeven vormde de grote drijfveer binnen het Erfgoed & Ruimte Ontwerpprogramma. Het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie voerde dit de afgelopen twee jaar met veel bezieling uit, in opdracht van de ministeries van OCW en BZK en in nauwe samenwerking met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Wij willen met dit programma een impuls geven aan de kennisontwikkeling voor klimaatadaptatie en energietransitie, in relatie tot ons erfgoed in de schaarse ruimte van Nederland.
Voorbeelden met effect
Nieuwe tijden vragen om nieuwe oplossingen. Klimaatverandering is zonder twijfel de grootste en meest complexe uitdaging voor de komende decennia. Het belang om ons gedrag aan te passen, is nog nooit eerder zo voelbaar geweest. Steeds langere periodes van droogte en hitte wisselen af met korte periodes van extreme neerslag, met alle gevolgen van dien. Om hier antwoorden op te formuleren, moeten wij onze CO2-uitstoot terugdringen door bijvoorbeeld op duurzame energiebronnen over te stappen. Ook moeten wij onze leefomgeving (zeker in de steden) meer klimaatadaptief inrichten. Beide opgaven hebben een enorme ruimtelijke en maatschappelijke impact, die zorgvuldig moet worden vormgegeven.
Door ontwerpkracht op casestudies in te zetten, zijn binnen het Erfgoed & Ruimte Ontwerpprogramma inspirerende voorbeelden ontwikkeld - met direct effect. Zo blijkt uit een tussentijdse evaluatie (door een onafhankelijk adviesbureau) dat er een groeiend besef is onder bestuurders dat erfgoed niet los van de klimaat- en energie-uitdagingen kan worden gezien. Dat klinkt onbeduidend, maar die conclusie is zeer significant voor hoe we wereldwijd deze problematiek (moeten) aanpakken.
Weer op de kaart
Wij ondersteunden 16 projecten. Ieder daarvan toont aan hoe - op basis van de identiteit en de geschiedenis van een plek - een nieuwe betekenislaag aan de stedelijke en landschappelijke leefomgeving kan worden toegevoegd. Tegelijkertijd maken deze 16 projecten de urgente klimaat- en energie-uitdaging tastbaar. Dat is uitermate belangrijk. De transities die voor ons liggen zijn zo groot en complex, dat ze alleen met meerdere partijen, stap voor stap, iteratief maar vastberaden kunnen worden uitgevoerd.
Die uitvoering vraagt om een duidelijke visie, een heldere governance-structuur en een rijke uitvoeringsstrategie op nationaal niveau. Hoewel de Nationale Omgevingsvisie aandacht besteedt aan de ruimtelijke consequenties van klimaatverandering, is het onduidelijk hoe deze in provinciale en gemeentelijke omgevingsvisies landen, en hoe hier op regionaal en lokaal schaalniveau, samen met stakeholders, uitvoering aan wordt gegeven. Laat staan internationaal.
Ik sluit daarom af met een vurig pleidooi om tot één nieuw integraal nationaal programma voor energietransitie en klimaatadaptatie te komen, waarin een holistische aanpak en ontwerpkracht centrale waarden zijn. Dat zo’n programma al snel grensoverschrijdend wordt en Nederland internationaal (weer) op de kaart zet, spreekt voor zich.
Deze column verscheen eerder op stimuleringsfonds.nl
Cover: ‘Luchtfoto waterland rechtenvrij’