Verslag Zou het toeval zijn? Een tuinstadontwerp van de hand van OMA. Een cirkel zonder inhoud. Een ideaalmodel zonder stadsbeeld. De polis verzint de zelfconstructie van het individu en de burger droomt van de collectieve doe-het-zelf moestuin of polderpark. Een straatbordje op het Forum Romanum: Pollux overwon er het zandleger, Castor liet er ’t loodje. Lang leve de metafysische leegte! Of… toch? Er komt een tempel, een multicultureel Hindoestaans centrum. En ernaast, een appartementencomplex voor twintigers die nergens klein kunnen koopwonen. Aldaar wacht Telemachos op zijn dolende vader en irriteert zich groen en geel aan de promiscue vrijers uit de grote stad. Odysseus stopt zijn hoofd in het zand: Homerus wordt ingekwartierd!
Doe-het-zelf plannen, ontwikkelen en bouwen vergt een totale cultuuromslag
Homeruskwartier, Almere Poort
‘De doe-het-zelf mens - Afbeelding 1’
Ik kan er wel om lachen, maar het is ons ernst. Wie zit hier nog te wachten op elitaire prietpraat?! Wij zijn een volk dat doet. Ieder voor zich, de Doe-het-zelf revolutie. Particulier opdrachtgeverschap als antwoord op de crisis. Ironie is uit den boze. Geen stedenbouwkundig plan voor er minstens drie investeerders zijn gevonden, waarschuwt gebiedsontwikkelaar Peter van der Gugten van Proper-Stok. Verbeelding follows money, dat is de huidige realiteit. Maar Doe-het-zelf vergt méér: een totale cultuuromslag, verklaart Beitske Boonstra van TNO. Denken in verschil, luidt haar antwoord. Een omwenteling is echter nog ver te zoeken met die paternalistische houding van Nederlanders, reageert Adri Duivesteijn (wethouder RO gemeente Almere). Participatie betekent nu nog vooral ‘draagvlak’ creëren.
Openingsdans
‘De doe-het-zelf mens - Afbeelding 2’
Tijdens haar introductielezing onderscheidt Boonstra drie verhaallijnen naar ‘doe-het-zelf’. Ten eerste schrijven overheidsnotities al enkele jaren meer burgerinitiatief voor, ten tweede bezuinigt de overheid en stagneert de markt, en ten derde wordt er veel in buurten georganiseerd, maar dan wel heel kleinschalig: met geveltuintjes, buurtborrels en kunstwerken. Vanuit het idee van ‘iedereen gelijke rechten en welkom in het mee-denken’ werd in de jaren 60 burgerparticipatie geïntroduceerd, in de jaren 80 co-productie, en nu heet het burgerinitiatief. Toch worden het proces, de inhoud en de plek nog altijd top-down bepaald. Maar stel je nu eens voor dat dit plannen wegvalt, wat dan? legt Boonstra ons voor. Initiatieven kun je niet voorspellen en ze komen overal vandaan, vertelt ze. Dat betekent dus dat meerdere netwerken in één gebied naast elkaar werkzaam zijn, zonder dat ze dat perse van elkaar weten. En de planner? Die kan de initiatieven misschien coördineren, partijen aan elkaar knopen zodat kennis wordt uitgewisseld. Boonstra roept planners op om initiatieven niet over te nemen, zoals vaak is gebeurd, maar vooral zelf te participeren.
Duivesteijn, als aanjager van particulier opdrachtgeverschap (PO) in Almere, hoort in haar lezing iets nieuws. Hij onderstreept Boonstra’s noodzakelijke cultuurverandering. Hij gelooft al zijn hele loopbaan in het zelfbeschikkingsrecht van individuen: dat je je eigen omgeving vorm mag geven. Maar zij die nu besturen opereren nog uit de verzorgingsstaat-gedachte. Eerst zorgde de overheid voor ons, toen de corporaties en vervolgens de ontwikkelaars. Met als pièce de résistance de Vinex- wijk. Dus wat is er veranderd dat PO nu aanslaat als trend? Duivesteijn legt uit dat er geen woningnood meer bestaat, dat de urgentie van stadsvernieuwing voorbij is. Bovendien is ons welvaartsniveau gestegen en zijn we een stuk bewuster: mensen kunnen prima zelf handelen. Alleen, we zijn niet zo opgegroeid. Hij verwacht dat het ondernemers-denken wel degelijk roert onder de jonge generatie en dat die geen enkele moeite zal hebben zich het doe-het-zelven in alles toe te eigenen. Ook de andere tafeldansers: Roel Vollebrecht (directievoorzitter AM), Stefan Kuks (Unie van Waterschappen) en Elma van Boxel van ZUS, beamen onder leiding van Farid Tabarki dat de samenleving eraan toe is om zelf te sturen, zie ook de kracht van de informatie-uitwisseling via social-media: gelijkgestemden vinden elkaar tegenwoordig makkelijk. Maar ironisch genoeg: de maatschappij mag niet sturen in Nederland. En daardoor wordt de energie en passie die mensen drijft te weinig ingezet. Het eigen belang van individuen wordt nog steeds gewantrouwd. De overheid loopt dus achter, is de conclusie, ze werkt nu te veel tegen. Maar haar rol is alles behalve uitgespeeld: de overgrenzende schaal en lange termijn moeten blijvend uitgezet worden, vindt Van Boxel. Zij vertelt dat ZUS altijd de grote lijnen van masterplannen volgt. Dat ziet zij ook als gevaar: dat al die kleine initiatieven in de stad niet zomaar samenhang vertonen. Duivesteijn is daar minder bang voor. De overheid zal altijd blijven plannen, beweert hij en noemt vervolgens de Amsterdamse grachtengordel als succesvol voorbeeld van een combinatie van sterke overheidsplanning met particuliere invulling.
Dag van de Ruimte, deel 3 Twee paralelsessies
Architect Jurgen van Staaden van Santman en van Staaden architecten toont zijn PO woning
‘De doe-het-zelf mens - Afbeelding 3’
Als we de stad als afspiegeling van de samenleving beschouwen, één van de uitgangspunten die studenten van de TU Delft meekrijgen tijdens hun opleiding, vraag je je inderdaad af wie ervoor kiest om in het Homeruskwartier zijn eigen huis te bouwen. Wat beweegt deze groep mensen en wie zou er nog meer geïnteresseerd zijn? Over heel Almere zijn zo’n 1000 kavels aan particulieren uitgegeven en de TU Delft start nu samen met de gemeente aan nieuw onderzoek om via een steekproef te achterhalen wat deze doe-het-zelvers motiveerde. Nirov, DBMI marktonderzoek en Nieuwbouw Nederland toonden tijdens één van de parallelsessies interessant onderzoek naar de opinie die woningzoekenden en professionals in Nederland hebben ten aanzien van particulier opdrachtgeverschap en de collectieve variant daarvan. Daaruit blijkt dat bewoners vooral meer keuzevrijheid wensen, en dan gaat het voornamelijk om badkamer, keuken en interieur. Slechts 40% geeft aan misschien geïnteresseerd te zijn in PO. De meeste mensen willen echter niet te veel verantwoordelijkheid en risico dragen. Bovendien geven respondenten aan angst te hebben om aan PO te beginnen omdat ze weinig kennis en ervaring hebben met bouwen en vergunningen aanvragen. Het zijn vooral de hoger opgeleide gezinnen op zoek naar een vrijstaande woning die overwegen te doe-het-zelven. Kennisverspreiding en informatie verstrekking blijken dus de belangrijkste opgave voor PO. Opvallend is dat professionals dachten dat een belangrijke motivatie voor woningzoekenden het sociale aspect zou zijn, maar dat blijkt geen rol te spelen. Het woord Collectief PO wekt zelfs negatieve reacties op, vertelde Jaqcueline Tellinga (programmamanager Homeruskwartier) tijdens de excursie. Mensen denken dat er dan een collectieve actie van hen verwacht wordt waardoor ze hun vrijheid zouden kunnen verliezen en daar dus eigenlijk liever niet aan mee willen doen.
In het centrum van het Homeruskwartier moeten zeven (C)PO woontorens voor levendigheid en verscheidenheid zorgen. Onze hoop voor de stad is gericht op het initiatief van creatieve ondernemers. Maar wie zijn dat? Wie kunnen we aanspreken op ondernemerschap in de wijk? Want in die mensen zit de ontwikkelkracht volgens Peter van der Gugten van Proper-Stok. In zijn parallelsessie Ontwikkel-het-zelf propageert hij de gebiedsontwikkeling van onderaf, met als voorbeeld Theater Walhalla dat op Katendrecht een plek heeft gekregen als aanjager van culturele activiteiten in de wijk en als trekker van nieuw en kapitaalkrachtiger publiek van buiten. De ontwikkelaar zoekt tegenwoordig naar nieuwe strategieën en nieuwe samenwerkingsverbanden. Vroeger klonk het: locatie, locatie, locatie, vertelt hij, en nu is het: locatie, programma en identiteit. Voorinvesteren in plannen maken heeft geen zin, meent Van der Gugten, wel het idee voorop stellen. Als je weet wat je wilt, is het geld ook wel te vinden, en ideeën ontwikkelen kost geen geld. Dus: denk niet in risico’s en vertoon geen risicomijdend gedrag, maar ga op zoek naar nieuwe investeerders en maak slim gebruik van imago-verhogende initiatieven van ondernemers, zoals ook bijvoorbeeld Villa Augustus in Dordrecht.
Conclusie
Na het doe-het-zelf luisteren, heb ik wat geleerd. Mensen die aan hun eigen huis willen doe-het- zelven zijn niet perse ook de ontwikkel-het-zelvers. Onze stiekeme hoop dat mensen die zelf bouwen ook actief zullen zijn in de wijk, riekt naar idealisme. En dat is niet conform de tijdsgeest. Kaalslag gefundeerd op luchtkastelen, wat de boer niet kent dat eet hij niet. Als planners kunnen we het ons dus niet veroorloven achterover te leunen en te wachten op die daad- en kapitaalkrachtige ondernemers die met hart voor de buurt maatschappelijk geëngageerd durven te investeren. Cultuuromslag kost tijd, maar vooral ook visie en verbeelding. Blijft dus de prangende vraag: hoe kan het beste worden aangesloten op noodzakelijke initiatieven die ongepland opkomen? Antwoord: dat kunnen we nog niet. Maar hoe kunnen wij dan toch ongeplande initiatieven aansturen en vormgeven? Ja, misschien toch wel via aanstekelijke impulsen binnen een rigide levenscirkel met de naam van onze eerste dichter.
Zie ook:
Cover: ‘De doe-het-zelf mens - Afbeelding 3’