Opinie Minister Ronald Plasterk van binnenlandse zaken wil dat de provincies Noord-Holland, Utrecht en een deel van Flevoland fuseren. Hij is daarvoor al langs geweest bij de besturen. Zijn poging is echter gedoemd te mislukken.
Vooraf moet ik toegeven: voor een fusie van de provincies Noord-Holland, Utrecht en een deel van Flevoland valt inhoudelijk best wat te zeggen. Zo worden de maatschappelijke en economische banden tussen Amsterdam en Utrecht steeds hechter.
Neem de infrastructuur: vijf druk bereden rijstroken per rijrichting en een treinverbinding die feitelijk als metro functioneert. De kenniseconomieën van beide regio's ontwikkelen zich voorspoedig. Ze vullen elkaar aan: Amsterdam is internationaal georiënteerd, Utrecht nationaal.
Utrecht raakt bovendien verlost van de bestuurlijke drukte: stad, provincie en twee regiobesturen zitten elkaar in de nek te hijgen. En, mooi meegenomen: in Noord-Holland hangt de Gooi- en Vechtstreek er dan niet meer bij als enclave in Utrecht.
Amateurisme
Maar net zoals bij de vorige fusiepoging, twee jaar geleden, toen de toenmalige minister Piet Hein Donner van binnenlandse zaken de zaak grandioos de soep indraaide, zien we nu weer een staaltje van ongekend politiek amateurisme.
Minister Ronald Plasterk is de afgelopen weken bij de provinciebesturen langs geweest om over zijn plannen te praten. Maar hij heeft daarbij de enige provincie die in beginsel nog wel positief staat tegenover de fusie, Noord-Holland, subliem van zich weten te vervreemden. De minister baggert als een olifant door de gevoelige politiek-bestuurlijke porseleinkast en argumenteert slordig. Het voorbereidingsproces is inmiddels grondig en definitief verknald.
Er resteren nu nog twee mogelijkheden. De minister dient tegen de zin van de provincies toch een wetsvoorstel in bij het parlement om de besturen met elkaar te laten fuseren. Dat voorstel gaat geheid onderuit in de Eerste Kamer. Daar heeft de regering immer geen meerderheid en de krachtige politieke lobby van de provincies zal voorkomen dat de oppositiepartijen het voorstel zullen steunen.
Mogelijkheid twee is een slap compromis. Er komt dan geen fusie, maar de provincies beloven 'hecht' te gaan samenwerken op een aantal onderwerpen. Zo redden de bestuurders een beetje het gezicht van de minister, maar er verandert verder feitelijk niets.
Intussen zijn er verschillende ambtelijke werkgroepen volop aan het werk, worden er plannen gesmeed om de bevolking via referenda te raadplegen, organiseren politieke partijen gewichtige vergaderingen over de fusie. In het licht van de twee mogelijke uitkomsten die ik schets, luidt mijn advies: stop onmiddellijk met deze bezigheidstherapie voor volwassenen. Zonde van de tijd, energie en belastinggeld.
Friso de Zeeuw is praktijkhoogleraar gebiedsontwikkeling TU Delft en directeur Nieuwe Markten Bouwfonds Ontwikkeling. Hij was van 1993 tot 1998 gedeputeerde van Noord-Holland
Zie ook:
Cover: ‘Thumb_herverkaveling en grond_0_1000px’