Verslag Op het praktijkcongres Gebiedsontwikkeling 2014 stond één van de parallelsessies in het teken van het Suikerunie-terrein. Daar kwam duidelijk naar voren dat ‘de kunst van het loslaten’ een zoektocht is voor de gemeente. Een zoektocht die speelt bij veel gemeenten: enerzijds is er de wens om de vaart erin te houden en risico’s te beheersen, anderzijds hebben initiatieven tijd en ruimte nodig om tot bloei te komen. Opgave is om ontwikkeling op uitnodiging niet te technocratiseren, maar uit te gaan van de intrinsieke kwaliteiten van het gebied en de pioniers, potentiële ondernemers en wellicht bewoners die die plek tot bloei kunnen brengen.
Praktijkcongres Gebiedsontwikkeling 2014
Een schot voor open doel
De sprekers, Jaap Haks en Fred Stammeshaus –één van de sprekers was helaas door ziekte afwezig– kunnen dan ook van elkaar leren. De eerste werkt voor de gemeente Groningen als hoofd juridische zaken, parkeren en vastgoed en is als kwartiermaker verantwoordelijk voor de gebiedsontwikkeling van het Suikerunie-terrein. De tweede is oprichter van Amsterdamse Urban Resort en specialist in creatieve broedplaatsen.
De een met de sterke wens om ‘we doen wel wat maar het is iedere keer ad hoc en hapsnap’ om te zetten in een meer permanente vorm van tijdelijkheid. Het Suikerunie-terrein was volgens Jaap Haks namelijk een schot voor open doel en moet niet in de verre toekomst maar nu al een belangrijke rol gaan spelen in de gemeente. De ander, Fred Stammeshaus, met een schat van ervaring op dat gebied. Urban Resort exploiteert op dit moment negen locaties, waaronder het voormalige Volkskrantgebouw op de Wibautstraat in Amsterdam. Stammeshaus presenteerde een staalkaart aan potenties voor het Suikerunie-terrein; werkgelegenheid in de creatieve industrie, innovatief ondernemerschap, behoud van talent in de stad en regio Groningen en culturele ontwikkeling. En, mits slim uitgespeeld, met de handen vrij voor de toekomst.
Tijdelijkheid die niet hapsnap moet zijn, maar ook weer niet té permanent.
Als Haks meeschreef ging hij met een boel ongevraagd advies naar huis. Stammeshaus adviseerde om te werken met drie- tot vijfjarige contracten, zodat gebruikers durven te investeren in hun omgeving, maar de gemeente grip houdt. En om een postzegelbestemmingsplan (klein bestemmingsplan) te maken, als het vigerende niet flexibel genoeg is. Verder moet men zich volgens Stammeshaus niet rijk rekenen met de opbrengsten van dergelijke broedplaatsen. Realistisch gezien zal men tevreden moeten zijn met het terugverdienden van beheerskosten en enkele investeringen. De rentederving op de boekwaarde van 35 miljoen zit daar niet in. Als het in Groningen gaat lukken, verkoopt het in de toekomst de 133 hectare grond van het Suikerunie-terrein in stukjes nieuwe hipheid. Want Haks sloot niet uit dat er ooit een treinstation zou komen, meer bedrijvigheid of toch woningbouw.
De ambitie die doorklonk was een succesvol gebied in de stijl van het NDSM-terrein in Amsterdam. De nieuwe politieke mores in Groningen laten volgens Haks weinig ruimte voor teveel renteverlies. Het zet de gebiedsontwikkeling van het Suikerunie-terrein voor een ferme uitdaging.
Niet overal is organische ontwikkeling het geëigende antwoord, maar op deze plek zou het wel eens de juiste insteek kunnen zijn. Wellicht kan het Suikerunie-terrein een sterke verbindende factor betekenen tussen de bruisende, creatieve stad en haar ommelanden. Groningen zou kunnen kijken naar voorbeelden in Berlijn, waar een gebiedsontwikkeling als Holzmarkt is overgenomen van de gemeente en in al haar aspecten wordt geregisseerd door de lokale gemeenschap (zie hierover het artikel Van kampvuur naar miljoenenproject).
Presentatie Fred Stammeshaus
Presentatie Jaap Haks
Zie ook:
- Suikerunie-terrein Groningen
- Proces, Ondernemerschap en Programmering (POP-up) succesfactoren bij tijdelijke ontwikkeling
- Juryrapport ideeëncompetitie Wachtend Land openbaar
Cover: ‘2014.04.03_Van ‘hapsnap’ naar permanente tijdelijkheid_660’